Naar inhoud springen

Cliëntenraad

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door BrightSide (overleg | bijdragen) op 27 okt 2014 om 12:52. (+cat)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.

Een cliëntenraad is een groep cliënten[1] die opkomt voor de gemeenschappelijke belangen van alle cliënten in een zorginstelling. Het bestaan en de (medezeggenschaps)rechten van een cliëntenraad zijn vastgelegd in de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ) die op 29 februari 1996 van kracht werd. Deze wet stelt dat een zorginstelling (zoals een (psychiatrisch) ziekenhuis, verpleeghuis, ggz instelling) verplicht is een cliëntenraad in te stellen. Via de cliëntenraad kunnen de cliënten/patiënten van de zorginstelling invloed uitoefenen op het beleid van de instelling. Het bestuur van een zorginstelling moet bij het nemen van beslissingen rekening houden met het advies van de cliëntenraad.

Medezeggenschapsorgaan

De cliëntenraad is het bij wet geregelde medezeggenschapsorgaan voor cliënten/patiënten van een zorginstelling. Cliënten hebben het recht mee te praten over het beleid van de instelling waar zij zorg van ontvangen (zoals de werknemers van een instelling dat mogen middels een ondernemingsraad). De zorginstelling is verplicht om een cliëntenraad in te stellen en te faciliteren. Dit houdt o.a. in dat de raad ergens moet kunnen vergaderen, toegang tot een computer en kopieermachine heeft en een eigen budget, bijv. voor abonnementen en deskundigheidsbevordering. Vaak faciliteert de zorginstelling ook de ondersteuning van de cliëntenraad.

Een cliëntenraad moet representatief zijn voor de cliënten van de zorginstelling. Daarom bestaat de cliëntenraad bij voorkeur uit cliënten van de instelling. Er zijn echter cliënten die hun belangen niet zelf kunnen behartigen; zij kunnen iemand uit hun kring van naasten vragen om namens hen in de raad zitting te nemen. In veel instellingen is er een aparte familieraad, die opkomt voor de specifieke belangen van de familie van de cliënten.

De cliëntenraad bepaalt zijn eigen werkwijze. Zo regelt hij zelf het aantal vergaderingen (met en zonder de directie), de wijze van besluitvorming, de onderlinge taakverdeling, het beheer van de financiën, de vertegenwoordiging van de raad en het contact met de cliënten. De cliëntenraad legt dit vast in een huishoudelijk reglement. De WMCZ is met opzet “open” geformuleerd zodat de cliëntenraad en de zorginstelling in samenspraak tot een werkwijze kunnen komen die zoveel mogelijk recht doet aan de lokale omstandigheden.

Wettelijke rechten

Om de belangen van de cliënten te kunnen behartigen, heeft een cliëntenraad informatie van de zorginstelling nodig en moet hij in de gelegenheid worden gesteld het eigen standpunt aan het bestuur of de directie kenbaar te maken. Deze voorwaarden om effectief te kunnen functioneren zijn in de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ) vastgelegd in een aantal rechten:

Recht op informatie

De zorginstelling moet de cliëntenraad alle informatie geven die deze voor zijn taak nodig heeft. Voor zijn adviesfunctie heeft de cliëntenraad specifieke informatie nodig over het voorgenomen besluit, inclusief de beweegredenen die tot het voorstel hebben geleid en de mogelijke gevolgen van de te nemen maatregelen. De instelling moet de raad deze informatie tijdig verschaffen.

Recht op overleg

De cliëntenraad heeft recht op geregeld overleg met de directie over het beleid van de instelling.

Recht om te adviseren

De directie is verplicht om over voorgenomen beslissingen het advies van de cliëntenraad te vragen en daarbij een dusdanige termijn aan te houden dat de cliëntenraad daadwerkelijk in de gelegenheid is om een advies uit te brengen dat nog van invloed kan zijn op de te nemen beslissing. De cliëntenraad heeft het recht, maar niet de verplichting tot advies. Als de instelling het niet eens is met het advies, moet zij eerst overeenstemming proberen te bereiken met de raad. Als dit niet lukt, kan zij van het advies afwijken. Zij deelt dit schriftelijk, met haar argumenten, aan de cliëntenraad mee. De cliëntenraad mag de directie ook ongevraagd adviseren over zaken die de raad belangrijk vindt.

Het adviesrecht omvat twee onderdelen: a) het gewoon adviesrecht en b) het verzwaard adviesrecht.

a) Gewoon adviesrecht

De instelling moet de mening van de cliëntenraad vragen over:

  • een wijziging van de doelstelling of grondslag
  • samenwerking of fusie met een andere instelling
  • een verhuizing, ingrijpende verbouwing of opheffing
  • een belangrijke wijziging in de organisatie
  • belangrijke inkrimping of uitbreiding van de werkzaamheden
  • benoeming van leden van de directie en Raad van Bestuur
  • begroting en jaarrekening
  • algemeen toelatingsbeleid voor cliënten
  • beëindiging van zorgverlening

b) Verzwaard adviesrecht

Sommige onderwerpen zijn zo belangrijk voor de cliënten dat de instelling over deze onderwerpen in principe alleen een besluit kan nemen waar de cliëntenraad mee heeft ingestemd. Dit heet verzwaard adviesrecht. De cliëntenraad heeft over de volgende onderwerpen verzwaard adviesrecht:

  • het kwaliteitsbeleid
  • de klachtenregeling en het aanwijzen van personen die klachten behandelen
  • een wijziging in de regeling voor de cliëntenraad en andere voor cliënten geldende regelingen
  • het algemene beleid van de instelling over voeding, veiligheid, gezondheid, hygiëne, geestelijke verzorging en maatschappelijke bijstand en recreatiemogelijkheden en ontspanningsactiviteiten
  • de benoeming van een afdelingshoofd van een intramurale instelling die 24-uurszorg verleent en waar cliënten in de regel langdurig verblijven

De instelling kan niet zomaar van een verzwaard advies van de raad afwijken, maar de cliëntenraad heeft geen vetorecht. Als de directie tegen het advies van de cliëntenraad in toch een bepaald besluit wil nemen, moet zij dat voorleggen aan de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden (LCvV)[2]. Deze commissie probeert eerst te bemiddelen; lukt dat niet, dan doet zij een bindende uitspraak.

Recht op een bindende voordracht bestuurslid

De cliëntenraad kan invloed uitoefenen op de samenstelling van het bestuur of de Raad van Toezicht. Hij mag ten minste één persoon voordragen ter benoeming als lid van de Raad van Toezicht.

Zorginstellingen met een verplichte cliëntenraad

Alle instellingen die gezondheidszorg, maatschappelijke zorg of verslavingszorg bieden zijn verplicht een cliëntenraad te hebben. Dit geldt o.a. voor:

Indien een zorginstellingen duidelijk onderscheiden onderdelen onder het bestuur heeft (bijv. een revalidatiecentrum en een instelling voor verslavingszorg) dan moeten beide een eigen cliëntenraad hebben.

Centrale cliëntenraad

Grotere zorginstellingen, met verschillende onderdelen onder één bestuur, stellen vaak een centrale of gemeenschappelijke cliëntenraad in. Deze centrale cliëntenraad is de adviespartner van het bestuur in zaken die de zorginstelling als totaal, of meerdere onderdelen daarvan aangaan. In de centrale raad hebben afgevaardigde leden uit de afzonderlijke raden zitting. De bevoegdheden van deze centrale raad worden geregeld in een huishoudelijk reglement.

Klachten

Een cliëntenraad is geen klachtencommissie, maar vangt wel signalen van cliënten op en probeert de mening van cliënten zo goed mogelijk te verwoorden. Indien de cliëntenraad meent dat er sprake is van wanbeleid bij de instelling en de gesprekken met de directie daarover op niets uitlopen, kan de raad aan de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden vragen dit te onderzoeken.

Nieuwe medezeggenschapswet

De overheid werkt al sinds 2010 aan een nieuw wetsvoorstel om de medezeggenschap in de zorg te regelen. In deze omvangrijke nieuwe Wet Cliëntenrechten Zorg, zullen naast de medezeggenschap o.a. ook het klachtrecht en de rechten rondom de behandelovereenkomst worden geregeld.

Bronnen

http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/patientenrecht-en-clientenrecht/medezeggenschap-clienten-in-de-zorg http://wetten.overheid.nl/BWBR0007920/

  1. Een cliënt is een persoon die zorg ontvangt in een zorgsector waarin medische ingrepen niet centraal staan. De term cliënt wordt geacht meer recht te doen aan de actieve bijdrage die de zorgontvanger zelf levert aan zijn/haar herstel dan het passieve patiënt.
  2. Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden, http://www.vertrouwenslieden.nl/homepage