Naar inhoud springen

chamotte

Uit WikiWoordenboek
[2] chamotte
  • cha·mot·te
enkelvoud meervoud
naamwoord chamotte
verkleinwoord

de chamottev / m

  1. gebakken product van klei dat men gebruikt in vuurvaste producten
     „Dieren hebben altijd een belangrijke rol in mijn leven gespeeld. Ik ben ermee opgegroeid, ze zijn een grote inspiratiebron.” De verkiezing is gehouden tijdens de derde editie van de expositie ‘Eigen werk’ met 44 amateurkunstenaars uit Twenterand, afgelopen maand in de Peddemorsboerderij aan het Westeinde in Vriezenveen. Albert Koops (houtsnijwerk) werd tweede, gevolgd door Hettie Veurink (chamotte kleiwerken).[3]
  2. aardewerk gemaakt van chamotte
46 % van de Nederlanders;
21 % van de Vlamingen.[4]
  1. chamotte op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Bronlink Weblink bron “Vriezenveense beste amateurkunstenaar van Twenterand” (02-11-2015), Tubantia
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be