glimmers

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  glimmers    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈɣlɪmərs / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• glim·mers

Woordherkomst en -opbouw

•  glimmer zn  met de uitgang -s

Woordafbreking

• glim·mers

Zelfstandig naamwoord

de glimmers mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord glimmer

Gangbaarheid

• Het woord glimmers staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Engels

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /ˈɡlɪmɚz/

Woordherkomst en -opbouw

•  glimmer zn  met de uitgang -s

Zelfstandig naamwoord

glimmers mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord glimmer
2. alleen meervoud (informeel)  ogen zn 
3. alleen meervoud (informeel)  koplampen zn 

Werkwoord

glimmers

1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van (to) glimmer