gewone neushoornvogel

Nederlands

Paartje volwassen gewone neushoornvogels in de dierentuin van Singapore

Uitspraak

• Geluid:  gewone neushoornvogel    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• ge·wo·ne neus·hoorn·vo·gel

Woordherkomst en -opbouw

• verbinding van  gewone  en neushoornvogel

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	gewone neushoornvogel	gewone neushoornvogels
verkleinwoord	gewoon neushoornvogeltje	gewone neushoornvogeltjes

Zelfstandig naamwoord

de gewone neushoornvogel m

1. (neushoornvogelachtigen) Buceros rhinoceros  een vogel uit de familie van de neushoornvogels. De wetenschappelijke naam van de soort werd in 1758 gepubliceerd door Carl Linnaeus. Het is een schaars voorkomende vogel van de regenwouden van Thailand, Maleisië en Indonesië

Hyperoniemen

• neushoornvogels, neushoornvogelachtigen, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren

Gangbaarheid

• Het woord 'gewone neushoornvogel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.