oliegeld

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  oliegeld    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• olie·geld

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  olie zn  en  geld zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	oliegeld	oliegelden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het oliegeld o

1. geld dat is verdiend door de winning en verkoop van aardolie

   ▸ Kazan zelf, met zijn oosterse kremlin waarin sinds een paar jaar een lelijke, moderne moskee prijkt, is dankzij het Tataarse oliegeld veranderd in een hypermoderne stad, met veel lelijke moderne gebouwen en evenveel al even lelijke fonteinen.

   ▸ Salvini was er al op uit het kabinet ten val te brengen, omdat hij het al maanden uitstekend doet in de peilingen. Maar hij hield zich even stil toen nieuwssite Buzzfeed onthulde dat een van zijn adviseurs tientallen miljoenen euro's oliegeld uit Rusland wilde doorsluizen naar de partijkas van Lega.

Gangbaarheid

• Het woord oliegeld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.