Donkere vetmuur

soort uit het geslacht Sagina

Donkere vetmuur, tengere vetmuur of gewimperde vetmuur (Sagina apetala of Sagina apetala subsp. apetala, synoniem: Sagina ciliata) is een eenjarige plant die behoort tot de anjerfamilie (Caryophyllaceae). De soort staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als algemeen voorkomend en stabiel of toegenomen. De plant komt van nature voor in Europa, Noord-Afrika en West-Azië. Van daaruit is de plant verspreid naar Noord- en Zuid-Amerika, Zuid-Afrika, Nieuw-Zeeland en Australië. Het aantal chromosomen is 2n = 12. Donkere vetmuur is moeilijk te onderscheiden van uitstaande vetmuur. Bij donkere vetmuur liggen de witgerande kelkbladen tegen de doosvrucht en zijn de buitense twee spits tot toegespitst. De doosvrucht steekt ten hoogstens 10% buiten de kelk uit, terwijl die van uitstaande vetmuur verder uitsteekt.

Donkere vetmuur
Donkere vetmuur
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade:Geavanceerde tweezaadlobbigen
Orde:Caryophyllales
Familie:Caryophyllaceae (Anjerfamilie)
Geslacht:Sagina (Vetmuur)
Soort
Sagina apetala
Ard. (1764)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Donkere vetmuur op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

De klierachtig behaarde plant wordt 2-10 cm hoog, heeft uit één punt komende, draaddunne, rechtopstaande stengels. De donkergroene, tegenoverelkaar staande, 2-12 mm lange en 0,5 mm brede bladeren zijn lijnvormig. De bovenste bladeren hebben een stekelpuntje, dat 0,3 mm lang is. De wortelrozet verschrompelt tijdens de bloei.

Donkere vetmuur bloeit van mei tot in juli met groene of witte, 2-4 mm grote bloemen. De kroonbladeren zijn korter dan de vier, 1,7-2,2 mm lange kelkbladeren en vallen spoedig af of ontbreken. De witgerande kelkbladen liggen tegen de doosvrucht aan, waarvan de twee buitenste kelkbladen spits of toegespitst zijn. De bloem heeft vier meeldraden en vier stijlen.

De vrucht is een 1,5-2,5 mm lange vierkleppige doosvrucht, die ten hoogstens 10% buiten de vaak kort klierharige kelk uitsteekt. De bruine, eivormige, vaak met papillen bezette zaden zijn 0,1 × 0,3 mm groot.

De plant komt voor op droge, matig voedselarme, kalkrijke grond in duinvalleien, in akkers op löss en zandige klei en op spoorwegterreinen. Kan ook voorkomen tussen de straatstenen en langs muurtjes.

Namen in andere talen

bewerken
  • Duits: Wimper-Mastkraut
  • Engels: Annual pearlwort
  • Frans: Sagine apétale
bewerken